Tussentijd (blog december 2019)

 

Het zijn de donkerste dagen van het jaar. Ik lig in bed, mijn wekker begint langzaam licht te geven. Ik slaap nog diep, maar een bekend geluid trekt mij ruw uit de sluimers van mijn ontspannen wereld. Het moment tussen niets en alles moeten. De enige wereld waarin ik volkomen vrij en mijzelf kan zijn.
Dit dagelijks verstoren van ontwaken in mijn eigen wereld irriteert tot diep in mijn vezels. Het schuurt in mij, telkens weer. Soms schuurt het zo hard, dat mijn boosheid direct naar buiten vlamt en daar de boel in de fik steekt.
Ik voel mijn zoontje naast het hoofdeinde staan, hij weet heel goed dat behoedzaamheid nu is geboden. Ik adem uit en laat me weer zakken in de poel van mijn slaap, maar hij vraagt zachtjes of hij in het midden naast mij mag komen liggen. Ik kreun bevestigend, al vloekt het stemmetje van mijn irritatie ‘laat me met rust’ in mijn hoofd. Mijn zoon weet dit ook heel goed, het zou niet de eerste keer zijn dat hij deze woorden daadwerkelijk naar zijn hoofd geslingerd krijgt. Tevreden kruipt hij naast me, hij brengt kou met zich mee. Gelukkig houdt hij zich vandaag stil.

De dagen dat hij zonder genade onmiddellijk hele verhalen – op een hoog volume – in mijn gezicht kletst, zijn heel wat moeilijker te behappen. Het gaat steevast knetteren in mijn hoofd bij elk ‘mama…?’ om de vijf seconden opnieuw en opnieuw en opnieuw. Hij verwacht dat ik bij elke mama-aanzet van hem een hardop ‘ja…?’ terug geef, voordat hij verder vertelt. Dat dagelijks kunnen opbrengen in een leven van chronische vermoeidheid en van gefrustreerd zeggenschap over je eigen tijd en ruimte… in mijn ogen zijn dat de echte wonderen die een moeder verricht. Deze ochtend laat hij me heerlijk wegdoezelen in het land tussen droom en waken, de plek die ik in dit moederleven zo erg mis.
Zeker in deze donkere dagen tussen de hysterie van de Sinterklaastijd en de eeuwige Kerststress over wie, wat, waar en wanneer. Deze tussentijd waarvan ik hoopte dat hij me de broodnodige adempauze zou geven – al was het maar heel even. Niets bleek minder waar toen op school alles rondom die wekenlange Sint van de ene op de andere dag transformeerde in twee weken lang volle bak Kerst-terreur van glazen potjes voor een te knutselen kaarsenhouder tot elke dag minstens drie tekeningen tot gerechten voor het kerstdiner en een één-dag-van-te-voren-aangekondigde-workshop voor de oudste, waarvoor toch echt weer een potje en een kaars nodig waren…

Op kantoor zitten of een onderneming runnen is minder stressvol dan het ouderschap van basisschoolkinderen in deze maand vol feestdagen. Of de herfstdagen met St. Maarten en Halloween. Carnaval. Pasen. Koningsspelen. Om daarna naar het Grote Eindfeest en de zomer te glijden. Met natuurlijk tussendoor nog wat creatieve optredens met zang en dans volgens diverse kledingcodes. Voor een hooggevoelige moeder als ik, met twee hooggevoelige kinderen – bovendien alledrie hartstikke eigenwijs, strong-willed en expressief – zijn al die feesten een rollercoaster van intens lachen, gieren en daarna heel hard brullen in alle toonaarden, geuren en kleuren.
Ondertussen kroelt mijn zoontje in mijn nek en aait minutenlang over mijn gemillimeterde haar. Van voor naar achter en weer terug. Dat kriebelen van die korte haartjes maakt ons allebei heel erg rustig. Als twee katjes liggen we samen te spinnen in het grote warme bed. Soezend in de tussentijd van deze bijna aangebroken dag.

 

DEZE COLUMN VERSCHEEN EERDER OP OUDERSONLINE IN DECEMBER 2019:

https://www.ouders.nl/columns/tussentijd